is een bladverliezende, waterzuiverende, oever of moerasplant met een tapijtvormende, woekerende habitus. De bladeren zijn zwaardvormig, irisachtig, aromatisch en aan de rand gerimpeld, de bladkleur is lichtgroen. Kalmoes bloeit van juni tot augustus met onopvallende, kleine groene bloempjes die dicht opeen gegroepeerd staan in 6 tot 8 cm lange kolven. In onze regio vormt de plant slechts zelden rode bessen. Acorus calamus houdt van een standplaats in volle zon, halfschaduw of schaduw en een vochtige, drassige tot natte grond. De plant is zeer goed winterhard, lokt vlinders en bijen, is ongedierte vrij, zeewind tolerant en goed ziekteresistent. Als filterplant is deze sterk aan te raden wegens zijn groot fosfaatverbruik. Naast voortplanting middels de zaden kan de plant zich ook ondergronds uitbreiden door nieuwe uitlopers aan de wortels te ontwikkelen. Desondanks is de kalmoes geen echte woekeraar en kunt u de groei prima onder controle houden. De bladeren van de plant verspreiden een zoete geur die aan mandarijnen doet denken. Van oudsher worden de wortels van de kalmoes ook als (geneeskrachtig)kruid gebruikt, maar hiermee dient men op te letten; een te grote hoeveelheid innemen is namelijk giftig. Met zijn sierlijke, zwaardvormige lange blad is de kalmoes een plaatje bij uw vijver!